Tess stuurt, ze vraagt of ik ons vorig gesprek wil verderzetten. Ik twijfel, maar omdat ik toch wat nieuwsgierig ben, antwoord ik "ja". Wat volgt is een vrij gekunstelde conversatie. Ik moet de vragen die ik stel, meerdere malen herhalen. De antwoorden die ik krijg, zijn geregeld naast de kwestie. Soms geeft ze simpelweg aan dat ze op dit moment "echt nog niet veel te zeggen heeft over dit topic", maar dat ze hoopt dat dit in de toekomst zal veranderen.
De huidige generatie chatbots die op de geestelijke gezondheidszorg worden losgelaten maken grote beloftes. In de praktijk blijken die echter moeilijk waar te maken. Tess is een van die chatbots, Woebot een andere. Allebei zijn ze 24 op 7 bereikbaar en hebben ze een achtergrond in cognitieve gedragstherapie. De werking van de bots werd aan de hand van gecontroleerde studies geëvalueerd door Amerikaanse universiteiten, respectievelijk Northwestern en Stanford. De resultaten toonden in beide gevallen een significante verbetering van depressieve en angstgerelateerde klachten. Honderdduizenden maken ondertussen dan ook gebruik van deze chatbots.
Het idee om in de wereld van de artificiële intelligentie een oplossing te zoeken voor de capaciteitsproblemen in de geestelijke gezondheidszorg ligt voor de hand: veel patiënten vinden niet (tijdig) de hulp die ze nodig hebben, of die hulp is onvoldoende afgestemd op hun noden. Vroege interventie zou echter een oplossing kunnen bieden. Niet voor iedereen, maar zeker voor sommige hulpzoekenden.
Momenteel is een chatbot zoals Woebot echter wel al een prima, eigentijds alternatief voor traditionele zelfhulpboeken
Er zijn uiteraard ook problemen: volledige afstemming op de gebruiker is er sowieso niet en claims dat chatbots 'empathisch' kunnen zijn, lijken nogal kort door de bocht. Ook het feit dat Woebot initieel (uit geldgebrek bij de ontwikkelaars) enkel terug te vinden was op het Messenger-platform van Facebook, werkt in tijden van een sterke aandacht op privacy niet meteen geruststellend.
Dan rest natuurlijk nog de vraag wat we met die chatbots moeten aanvangen. Negeren en laten overwaaien? Vermoedelijk niet. Ja, de huidige ervaring kan nog enigszins teleurstellend zijn, zeker als je echte, persoonlijk interactie verwacht. Momenteel is een chatbot zoals Woebot echter wel al een prima, eigentijds alternatief voor traditionele zelfhulpboeken: een extra middel om broodnodige ondersteuning aan te bieden. De verwachtingen mogen dus gewoon nog niet te hooggespannen staan.
Al kan het snel gaan: deze zomer plant Google 'Duplex' publiek uit te testen. Deze functie laat je bijvoorbeeld toe om aan je smartphone te vragen een tafel te reserveren bij je favoriete restaurant. Daarna belt je toestel er autonoom naartoe, gaat die de conversatie aan met de uitbater en regelt je een tafeltje. Interactie die naadloos verloopt en waarvan nauwelijks te merken valt dat je met artificiële intelligentie te maken hebt. 'Griezelig' voor de een, een wereld aan mogelijkheden voor de ander.
De huidige generatie chatbots die op de geestelijke gezondheidszorg worden losgelaten maken grote beloftes. In de praktijk blijken die echter moeilijk waar te maken. Tess is een van die chatbots, Woebot een andere. Allebei zijn ze 24 op 7 bereikbaar en hebben ze een achtergrond in cognitieve gedragstherapie. De werking van de bots werd aan de hand van gecontroleerde studies geëvalueerd door Amerikaanse universiteiten, respectievelijk Northwestern en Stanford. De resultaten toonden in beide gevallen een significante verbetering van depressieve en angstgerelateerde klachten. Honderdduizenden maken ondertussen dan ook gebruik van deze chatbots.Het idee om in de wereld van de artificiële intelligentie een oplossing te zoeken voor de capaciteitsproblemen in de geestelijke gezondheidszorg ligt voor de hand: veel patiënten vinden niet (tijdig) de hulp die ze nodig hebben, of die hulp is onvoldoende afgestemd op hun noden. Vroege interventie zou echter een oplossing kunnen bieden. Niet voor iedereen, maar zeker voor sommige hulpzoekenden. Er zijn uiteraard ook problemen: volledige afstemming op de gebruiker is er sowieso niet en claims dat chatbots 'empathisch' kunnen zijn, lijken nogal kort door de bocht. Ook het feit dat Woebot initieel (uit geldgebrek bij de ontwikkelaars) enkel terug te vinden was op het Messenger-platform van Facebook, werkt in tijden van een sterke aandacht op privacy niet meteen geruststellend.Dan rest natuurlijk nog de vraag wat we met die chatbots moeten aanvangen. Negeren en laten overwaaien? Vermoedelijk niet. Ja, de huidige ervaring kan nog enigszins teleurstellend zijn, zeker als je echte, persoonlijk interactie verwacht. Momenteel is een chatbot zoals Woebot echter wel al een prima, eigentijds alternatief voor traditionele zelfhulpboeken: een extra middel om broodnodige ondersteuning aan te bieden. De verwachtingen mogen dus gewoon nog niet te hooggespannen staan. Al kan het snel gaan: deze zomer plant Google 'Duplex' publiek uit te testen. Deze functie laat je bijvoorbeeld toe om aan je smartphone te vragen een tafel te reserveren bij je favoriete restaurant. Daarna belt je toestel er autonoom naartoe, gaat die de conversatie aan met de uitbater en regelt je een tafeltje. Interactie die naadloos verloopt en waarvan nauwelijks te merken valt dat je met artificiële intelligentie te maken hebt. 'Griezelig' voor de een, een wereld aan mogelijkheden voor de ander.