...

FOxTROT is een fase 3-studie die tussen 2008 en 2016 werd uitgevoerd bij 1.052 patiënten met een colonkanker in stadium T3 of T4, N0 tot N2 (gegevens van een CT-scan). De patiënten werden in een 2-1-verhouding gerandomiseerd naar een experimentele groep neoadjuvante chemotherapie (3 cycli van FOLFOX of CAPOX over 6 weken naar keuze van de onderzoeker), chirurgie en daarna een adjuvante chemotherapie 9 cycli in 16 weken (n = 698) of een controlegroep met meteen chirurgie en daarna adjuvante chemotherapie 12 cycli in 24 weken (n = 354).Bij oudere patiënten en patiënten met een laag risico mocht de totale duur van de chemotherapie door de onderzoeker worden verkort tot 3 maanden. Het primaire eindpunt van de studie was afwezigheid van relaps of residuele ziekte na 2 jaar.De incidentie van het primaire eindpunt bedroeg respectievelijk 13,6% en 17,2%, maar dat verschil was niet significant (HR 0,75; p = 0,008). Bij een gedetailleerde analyse van de gegevens bleek die behandeling echter geen nadelen te vertonen in vergelijking met de klassieke behandeling (vergelijkbaar percentage resectie, vergelijkbaar aantal postoperatieve complicaties en vergelijkbare duur van het ziekenhuisverblijf) en anderzijds toch echte voordelen bood op meerdere domeinen.Het aantal lekken van de anastomose, intra-abdominale abcessen en complicaties waarvoor een heringreep vereist was, was lager in de groep die een neoadjuvante chemotherapie had gekregen. Mogelijk was dat te danken aan de inkrimping van de tumor. Bovendien was het percentage R0-resectie significant hoger en vertoonde een aanzienlijk aantal patiënten een lager tumorstadium op het ogenblik van de chirurgie: 4% complete pathologische respons, 60% pN0 en 16% pT? 2. Je zou daaruit kunnen afleiden dat de studie toch niet zo negatief is, maar dan moet je toch weten dat 27% van de patiënten van de controlegroep helemaal geen adjuvante chemotherapie heeft gekregen. In 60% van de gevallen kwam dat doordat er bij onderzoek van het operatiespecimen geen argumenten waren om een adjuvante chemotherapie te geven. Wat er impliciet op wijst dat die patiënten dan een neoadjuvante chemotherapie voor niets zouden hebben gekregen.