...

De auteurs hebben hun nationale, retrospectieve cohortonderzoek uitgevoerd bij 2.260 volwassen transgendervrouwen (mannelijk geslacht toegekend bij de geboorte, vrouwelijke identiteit) en 1.229 volwassen transgendermannen (vrouwelijk geslacht toegekend bij de geboorte, mannelijke identiteit) die werden gevolgd in een gespecialiseerd centrum in Amsterdam. De deelnemers hadden hormonen gekregen om hun seksuele voorkomen te bevestigen: transgendervrouwen hadden hoofdzakelijk een behandeling gekregen met een combinatie van androgeenantagonisten en oestrogenen en transgendermannen met een van de drie vormen van testosteron. Een cisgender werd gedefinieerd als iemand wiens geslachtelijke identiteit correspondeerde met het geslacht dat bij de geboorte was toegekend.Bij de 2.260 transgendervrouwen werden 15 gevallen van invasieve borstkanker geregistreerd. De incidentie van borstkanker was 46-maal hoger bij transgendervrouwen dan bij cisgendermannen. De meeste borstkankers die zijn opgetreden bij transgendervrouwen, waren ductale carcinomen en oestrogeen- en progesteronreceptorpositief; 8,3% van de kankers was HER2-positief.Bij de 1.229 transgendermannen werden vier gevallen van invasieve borstkanker geregistreerd. De incidentie van borstkanker was lager bij transgendermannen dan bij cisgendervrouwen. In driekwart van de gevallen ging het om een ductaal carcinoom. Twee kankers waren oestrogeen- en progesteronreceptorpositief, één was HER2-positief en één was androgeenreceptorpositief.de Blok CJM et al: Breast cancer risk in transgender people receiving hormone treatment: nationwide cohort study in the Netherlands. BMJ 2019; 365:l1652. doi: https://doi.org/10.1136/bmj.l1652 (Online gepubliceerd voor de papieren versie op 14 mei 2019). https://www.bmj.com/content/365/bmj.l1652