In deze open label fase 1b/2-trial, die werd uitgevoerd in 43 centra in 12 landen, werd nagegaan of het toevoegen van enasidenib aan de azacitidinebehandeling een meerwaarde kon bieden.
...
Van de 101 patiënten werden er ad rondom 68 behandeld met enasidenib (enasidenib per os 100 mg/dag of 200 mg/dag tijdens cycli van 28 dagen) plus azacitidine (azacitidine subcutaan 75 mg/m2 per dag gedurende 7 dagen van elke cyclus) en 33 met azacitidine alleen. De mediane leeftijd bedroeg 75 jaar (IQR 71-78). Een algemene respons werd bekomen bij 50 (74% [95% CI 61-84]) patiënten in de combinatiegroep met enasidenib plus azacitidine en 12 (36% [20-55]) patiënten in de groep met azacitidine in monotherapie (OR 4,9 [95% CI 2,0-11,9]; p=0,0003). De volledige remissieratio was eveneens hoger in de combinatiegroep met enasidenib plus azacitidine in vergelijking met de groep met azacitidine in monotherapie (OR 8,7 [95% CI 2,7-27,3]; p<0,0001).58% van de patiënten in de combinatiegroep en 40% in de groep met azacitidine in monotherapie behielden deze respons gedurende minstens 12 maanden. Bij een mediane follow-up van 18,5 maanden [IQR 7,6-28,2] in de combinatiegroep en 14,3 maanden [6,7-25,7] in de groep met azacitidine in monotherapie, was de geschatte mediane responsduur gedaald tot 13,9 maanden (95% CI 10,0-niet bereikt) in de combinatiegroep en 9,9 maanden (5,5-13,6) in de monotherapiegroep met azacitidine. De mediane tijdsduur tot volledige remissie bedroeg 4,6 maanden (IQR 2,3-6,7) in de combinatiegroep en 3,8 maanden (3,5-5,4) in de monotherapiegroep met azacitidine. De meest voorkomende bijwerkingen in de combinatiegroep waren gastro-intestinale en hematologische voorvallen, die in een hogere proportie voorkwamen in de combinatiegroep dan in de monotherapiegroep met azacitidine: 62 (91%) van de 68 in de combinatiegroep en 26 (81%) van de 32 in de monotherapiegroep met azacitidine vertoonden een behandelingsgerelateerd neveneffect. De meest frequente behandelingsgerelateerde bijwerkingen waren nausea, neutropenie, trombocytopenie, braken en anemie. Ernstige behandelingsgerelateerde bijwerkingen werden waargenomen bij 29 (43%) patiënten in de combinatiegroep en 14 (44%) patiënten in de monotherapiegroep met azacitidine. Ernstige behandelingsgerelateerde bijwerkingen, die bij meer dan 5% van de patiënten voorkwamen in elke groep waren febriele neutropenie (9 [13%] patiënten in de combinatiegroep en 5 [16%] in de monotherapiegroep met azacitidine), differentiatiesyndroom (7 [10%] en geen), en pneumonie (3 [4%] en 2 [6%]). DiNardo, C. D., Schuh, A. C., Stein, E.,M. et all: Enasidenib plus azacitidine versus azacitidine alone in patients with newly diagnosed, mutant-IDH2 acute myeloid leukaemia (AG221-AML-005): a single-arm, phase 1b and randomised, phase 2 trial. Lancet Oncol 2021; 22: 1597-608. Published Online October 18, 2021. https://doi.org/10.1016/ S1470-2045(21)00494-0.