...

De buitengewone vooruitgang die de laatste decennia geboekt werd in het inzicht in de genetische, fysiopathologische en moleculaire mechanismen van oncologische aandoeningen, heeft er niet alleen voor gezorgd dat steeds performantere behandelingen ontwikkeld konden worden. Voor sommige patiënten werd genezing mogelijk, voor andere een langere overleving. Daarnaast hebben die behandelingen ook een minder negatieve impact op de levenskwaliteit of Quality of Life. In de grote, klinische studies is levenskwaliteit ook steeds vaker een essentieel evaluatiecriterium. De gevreesde bijwerkingen van de eerste chemotherapeutische cocktails zijn vandaag minder ernstig, dankzij een meer doeltreffende aanpak en de ontwikkeling van nieuwe molecules die minder agressief zijn voor de patiënt. Hoewel de mogelijkheid van een verlengde overleving en een beperking van de nevenwerkingen ongetwijfeld een belangrijke verwezenlijking zijn voor het welzijn van de patiënt, zijn de relaties met de buitenwereld, de omgeving of de gemeenschap in het algemeen niet altijd vanzelfsprekend. We wonen uiteraard in een land waar de sociale steun zeer uitzonderlijk is en in de meeste gevallen doen de naasten van de patiënt alles om de beproeving samen het hoofd te bieden.In andere gevallen, minder zeldzaam dan je zou vermoeden, ziet de kankerpatiënt, die ook zelfs als hij genezen beschouwd wordt door het artsenkorps, zich steeds meer in de steek gelaten door zijn omgeving, zijn partner, zijn vrienden. Andere zaken, zoals het afsluiten van een verzekering, een persoonlijke lening of hypotheek, kunnen de allures aannemen van een kruisweg.In deze optiek hebben we dan ook alle lof voor de inspanningen van de parlementsleden die gezorgd hebben voor de goedkeuring van enkele wetsvoorstellen die de rechten van personen met een verhoogd gezondheidsrisico verzekeren. Op relationeel vlak is een zekere weerstand tegenover het slechte nieuws normaal. Voor de naasten van de patiënt die hun wereld eveneens in duigen zien vallen, lijkt de uitbouw van een specifieke opvang noodzakelijk. De rest is uiteraard afhankelijk van zeer menselijke, persoonlijke keuzes.