...

Een Amerikaanse groep heeft een retrospectieve studie uitgevoerd bij meer dan 18.000 mensen bij wie een prostaatkanker was gediagnosticeerd tussen 2004 en 2007. Het betrof patiënten met een "gunstig" intermediair risico (te oordelen naar het PSA-gehalte, de Gleason-score en het T-stadium) die niet meer dan één prognostisch ongunstige risicofactor vertoonden (PSA-gehalte 10-20 ng/ml of Gleason-score van 7). Alle patiënten hebben een behandeling gekregen met radiotherapie in stijgende dosering. Bij geen enkele patiënt werd een prostatectomie uitgevoerd voor de radiotherapie. Een concomitante androgeendeprivatietherapie werd gedefinieerd als een androgeendeprivatietherapie die werd gestart voor de radiotherapie of op de eerste dag van de bestraling. Over de jaren werd een androgeendeprivatietherapie minder vaak voorgeschreven in combinatie met radiotherapie: bij 43,5% van de patiënten in 2004 en bij 39,5% van de patiënten in 2007. Volgens een gecorrigeerde analyse van de gegevens blijkt dat niet ten onrechte. De totale overleving na acht jaar was immers dezelfde bij de mannen die radiotherapie hadden gekregen met stijgende doses en een androgeendeprivatietherapie, als bij de mannen die alleen radiotherapie hadden gekregen (77,7 % vs. 78,4 %). De leeftijd en comorbiditeit hadden geen invloed op het resultaat.Falchook AD et al.: Evaluation of Effectiveness of Adding Androgen Deprivation to Modern Dose-Escalated Radiotherapy for Men With Favorable Intermediate-Risk Prostate Cancer. Cancer, online gepubliceerd op 18 mei 2016. doi: 10.1002/cncr.30049.